26 januari 2016

26 januari 2016 - Trinidad, Cuba

Ik slaap niet lekker, ben lang wakker, lees wat, speel spelletje om mobiel en probeer de slaap weer te vatten. Op zich geen afwijkende nacht, maar deze keer duurt het wel erg lang. En die kuil in het bed maakt het niet beter. Ilse slaapt lekker door, wat kan die slapen. Ze heeft het vast nodig. De wekker staat, want 8 uur ontbijt, want om 9.00 uur tour the Trinidad met biciclette. We hopen maar dat de fietser getraind heeft, want Trinidad heeft niet alleen straten van keitjes (historische binnenstad), maar ook hooge verschillen..... Dat wordt wat!

Om 9.00 uur stappen we naar buiten en worden we aangesproken door een gids die ons voorstel aan Louis, de fietser in smetteloos wit shirt en sokken (hoe doen ze dat toch hier?). Ze rijdt naast de fiets mee naar de volgende bezienswaardigheden:

  1. Staatswinkel; ze vertelt dat de basisbehoeften (rijst: 5 pond per persoon per maand. bonen, schoonmaakmiddelen ed) voor iedereen op orde is, hiervoor krijgen de Cubanen bonnen. Er zijn aparte winkels voor fruit en groente, brood ( 's morgens en 's avonds te krijgen) en vlees. Effe snel shoppen is er dus niet bij. [Jose adviseerde ons om 3 CUC in 72 CUP in te wisselen om fruit te kunnen kopen. 1 banaan is 1 CUP). Voor extra, meer luxe? dingen kunnen ze bij weer andere winkels terecht. Rijen voor een staatswinkel ontstaan doordat er soms nieuwe producten beschikbaar komen, bijv een oven. Alle landbouwproducten zijn van de staat en worden evt in beslag genomen om aan de basisvoorziening te voldoen. Dit geldt ook voor export producten zoals sigaren. Later realiseerden we ons dat die basis voorziening er voor zorgt dat we geen bedelaars zien op straat, een fijn straatbeeld.
  2. Station; heeft meer weg van een museum. Er staan oude treinen die geen favoriet vervoersmiddel zijn voor Cubanen, want te langzaam. Ze staan liever lang te wachten op de bus of op een lift, of zo hoorden we later op en private taxi. Er is wel een treintje naar La Boca een vissersdorp in de buurt voor transport van vis. En een toeristentrein, die slaan wij over, dat vinden we echt TE!
  3. Sigarenfabriek; van de staat, entree 2 CUC pp. In de entree hangen allemaal rugzakken aan haakjes, waarschijnlijk van de medewerkers die in rijen aan smalle tafels sigaren rollen. Voorin de export sigaren, achterin de sigaren van krummels voor Cubaans gebruik. Voor in de hoek staat de lessenaar van de opzichter?! De temperatuur is warm, maar te doen. Het ontlokt Ilse wel de opmerking dat het warm zal zijn op hete dagen. De medewerkers werken 8 uur per dag en moeten dan 250 sigaren gerold hebben. In de ruimte achter de productiehal zitten dames de beste kwaliteit bladen te sorteren, die zijn voor the cover van de sigaar (het buitenblad). Een vrouw rookt een sigaret tijdens het verpakken van sigaren, want sigaren, nee daar houdt ze niet van.... Na nog even navraag te hebben gedaan hoe het vogeltje heet: blackbird, want niet negro (= echt zwart), gingen we.

We stappen weer in. Louis trapt ons door de straten waar het dagelijks leven aan ons voorbij trekt: slager, kapper, fruitkraampjes, bezemverkoper, elektricien. Er wordt van alles aangeboden. Langs lagere scholen. in Cuba kunnen alle kinderen naar school. Ze dragen in het hele land hetzelfde uniform: kindergarden en primary school: bordeaux-rood met wit, secundary school: beige met wit. We hebben ook blauwe uniformen gezien, geen idee voor welk onderwijs dat is. Alle provincies hebben hun eigen universiteit. In Havana zijn er daar 2 van.

Het gaat Louis goed af. Hij kan tussendoor bij de stops even uitrusten. En heeft overigens ook nog adem over om tussendoor te telefoneren. En vindt het geen probleem om te stoppen als wij een foto willen maken. Dat vonden wij dan wel weer gênant, want uit stilstand kost het meer kracht. We stoppen bij Parque Cespedres. In de hoek weer veel mensen ivm wifi. Je hebt een kaart nodig en mazzel. De verbinding wordt via Venezuela (vriend Chavez) tot stand gebracht en valt nog wel eens uit. Internet staat nog in de kinderschoenen in Cuba, ze hebben het pas 8 maanden.

We lopen nog even de kerk in en het sjieke hotel Iberostar (van de staat), prachtig, maar wij prefereren een casa particular. We stappen weer op, of beter in en Louis moet weer in de benen. We hebben ondertussen gehoord dat het weer een beetje com si, com sa is, dus we besluiten in de fiets al dat we die middag naar het strand gaan, na een cappuccino uiteraard. Louis zal ook wel toe zijn aan een drankje, hij begint eindelijke een beetje te zweten.

We laten ons nog informeren over Jose Marti, een naam die we overal tegenkomen; pleinen, straten, beelden en natuurlijk the airport. Het blijkt een grote denker te zijn, betrokken bij de onafhankelijkheidsoorlog en inspiratiebron voor de revolutie. Maar ook gedichten en kinderboeken schreef.  Hij is al 100 jaar dood (1895), van wege zijn intellectuele verdiensten staat er bij ieder school in Cuba een borstbeeld van hem. In een boekhandel vragen we later naar zijn boeken. Helaas kwamen ze niet met zijn kinderboeken aan, wel met hele verhandelingen over zijn leven en zijn ideeën, in het Spaans helaas, wel logisch!

Nog een stop bij een winkel/atelier van Alejandro Lopez Bastida: keramiek en we besluiten daar later terug te komen en rustig te kijken. Om precies 10.30 uur zijn we weer bij de casa en krijgt Louis zijn fooi; the strongest biker in town, we kunnen niet anders dan dat beamen.

We drinken koffie en pakken onze zwemspullen. Stappen in de warme auto die zo koel is door de airco en rijden met navigatie naar het vissersdorp La Boca en er dooreen, over de strand weg. Onderweg zien we strandjes met parasollen en Cubanen met snorkelspullen. Bij een restaurant keren we en we stoppen bij het eerste strandje dat we dan tegen komen. 2 CUC: auto oppas, parasol en service, want als je iets wil drinken gaat hij het op de fiets (voorzien van kratje) halen. Geen geld voor die service, Ils is snel over de weerstand heen dat alles geld kost en we nemen plaats op het strand onder een parasol. Er staan er zo'n 8. om in zee te komen moetwn er over een keien stukje. Balen alle zwemspullen en eigen snorkelspullen bij me, maar niet mijn water schoentjes. De aardige strandwacht laat me het beste stukje zien om de Caribische zee in te gaan, een soort trappetje. Prima te doen, hup de zee in. Voor Ilse is het met haar zere knie en gevoelige voeten 'n hele toer, maar met wat hulp, bij de prijs inbegrepen, lukt het haar ook. Ik snorkel wat langs het koraal. niet heel spectaculair qua kleur, maar wel koraal. De zon is fel , en het is rond het middag uur, dus ik kruip onder de parasol en ga in het dagboek zitten schrijven. Ilse warmt en droogt op in de zon, tot het haar ook te heet wordt. Ze at de lekkere, ondertussen rood gekleurde tomaat die we gekregen hadden en lieten 2 blikjes kola halen. Hij had ook cocktails willen halen, maar ja ik moet nog rijden. Om 15.00 uur was ik het wel zat, hoewel 't echt heerlijk was en we taaiden af. We rijden het schiereiland verder op, op zoek naar een restaurant. We rijden langs een aantal zandstrandjes, we hadden ons dus onze zere voeten kunnen besparen. En we zijn weer niet gelukkig met het vinden van een restaurant. We komen 1 visrestaurant tegen met enkel een menu voor 10 CUC, geen light lunch. En door!

De wolken boven de bergen en de vlakte waarin Trinidad ligt doen haasje over en de wind wakkert aan. We besluiten om terug te rijden naar de casa. Daar vragen we Cecilia waar restaurant Sol Ananda is. We hebben in het reisblog positieve verhalen gelezen. Het ligt aan Plaza Mayor.Om 17.00 uur zijn we de eersten. De keuken is open en we mogen gaan zitten aan tafeltje dat gereserveerd is om 19.00 uur. We zien de menukaart en wat blijkt, waarschijnlijk niet genoeg geld. En we willen geen keuze stress in het kader van de pesos. Ik laat Ilse weer even alleen. Ze raakt er aan gewend. Het gebeurde al in Vinales (kola) en gister tijdens het koffie drinken ben ik mijn vestje gaan halen, bracht ze me fijntjes in herinnering. Ik naar casa om geld uit kluis te halen. Net voor ik weg ging hadden we een poging gedaan om een voorgerecht te bestellen, helaas de voorgerechten-kok was er nog niet, bananenchips konden wel. De hoofdgerechten-kok was er: Ilse bestelde kip met honing en pinda's en ik kip in rode saus met o.a. koriander. In no time was ik terug en had echt enorme trek. Er moest echt iets in, een vrouw met een missie. Ilse die dat wel door had, smeerde toen ik binnen kwam een amuse: brood met paté. Op tafel stond mijn biertje: Bucanero, een zwaarder biertje dan Cristal en je drinkt het uit de fles, zo had Ilse zich laten vertellen. Heerlijk, ik was daar zo aan toe. Het eten was zalig en we hebben met smaak gegeten.

Na de maaltijd zijn we door het historisch centrum van Trinidad gelppen, niet gemakkelijk op die keitjes, wel leuk. Ook hier weer veel paarden en cowboys, spelende kinderen en souvenirwinkeltjes en -marktjes en paladars (= restaurant). we gaan nog even op het terras bij de trappen zitten en tot onze stomme verbazing wordt er geen bestelling opgenomen, de obers negeren ons, want ons over het hoofd zien lijkt ons onmogelijk. Nou dan niet. Wij hebben geen drank nodig om van de muziek en de dansende Cubanen met toeristes te genieten. We eindigen deze dag met nog kopje cappuccino voor Ilse en een pina colada voor mij en met een ijsje op het balkon, waar we van de warme avond genieten, van de geluiden van de staat en de muziek in de verte. En van het feit dat we morgen nog een dag in Trinidad zullen zijn, zonder verplichtingen. We hadden in Nederland 1 dag Varadero ingeruild voor 1 dag extra Trinidad. We wisten toen nog niet hoe geweldig dat besluit zou uitvallen.

Foto’s